Vader zei toen dat volwassenen niet graag tekenen, omdat ze zich dan onbehaaglijk voelen, de meeste hadden alleen als kind ervaring met tekenen. In tegenstelling tot de Amsterdamse schooljongens waren de deelnemers hier gemotiveerd, wat het werken plezierig maakte.

Dat was ook zo bij de landbouwleraressen die bijna nooit iets met kunst te maken hadden gehad. Voor die meisjes is zijn werk daar een soort eerste ervaring met kunst geweest. Nog jaren later, nadat vader door zijn evenwichtsstoornis op moest houden met lesgeven, kwamen ze langs om te vragen hoe het met hem ging. Ook al was hij graag bij die landbouwopleiding, toch gebeurde het vaak dat hij de klas was vergeten en merkte dat hij innerlijk met zijn eigen werk bezig was. In die tijd begon ik aan mijn textielopleiding, textiel was iets wat mijn vader sinds zijn verfexperiment altijd al had geïnteresseerd. Heel vaag herinner ik me zijn pogingen om een oude wringer om te bouwen tot een weefgetouw..

Schetsblad
De interesse voor weven moet van zijn kant tocht wel groot geweest zijn. Hij kocht het boek "New American Tapestry Weaving" (1965) wat mijn bijbel zou worden. Van de Nederlandse textielkunstenaars bewonderde hij Josje Smit, hij had ook een wandkleed van haar (heel somber en schilderachtig).